Wekelijks delen bekenden met rood gele roots, hun visie op Go Ahead Eagles en meer. Robert Heukels, Gerard Somer, Erdal Ascipinar, Edwin Lugt wisselen elkaar wekelijks af met een eigen column over hun cluppie. Ditmaal is het de beurt aan Robert Heukels.

Over een burgermeestertje en in de spiegel kijken

Het is altijd verleidelijk om te zeggen dat het vroeger allemaal beter was. Dat was niet zo. Het was hoogstens anders. In de jaren zeventig waarin ik opgroeide, rookte iedereen de kamers blauw en zoop als een ketter. De ene helft van Nederland stond hardnekkig pal achter Joop den Uyl en de andere helft glibberde mee met types als Dries van Agt en Hans Wiegel. Bij een radioprogramma als In de rooie haan vochten al die politici elkaar de tent uit en hoorden ze alleen zichzelf. Zoveel is er dus ook weer niet veranderd. In de top van de macht is een zin als ‘misschien heeft u ook wel eens gelijk’ absoluut not done, je zou jezelf maar kwetsbaar maken. Liever beuken al die Bokitootjes zich steevast op hun borst, want willen we niet horen hoe goed ze het met ons voor hebben?

Nog altijd ben ik allergisch voor politici die plotsklaps de show stelen met het uitspelen van hun macht. Sybrand Buma is zo’n type. Heel lang woelde hij lekker in het pluche van het CDA, presteerde bijzonder weinig, maar voor je het weet ben je dan burgemeester van Leeuwarden. Maatpakkie aan, stropdasje vlak onder de imposante neus gestrikt, gigantische burgermeesterketting om en zie Bumaatje schijnen. De familie zal trots zijn. Het is soms wel een beetje stil rond Buma, maar toen de Friezen en de stedelingen elkaar onlangs te lijf gingen bij Cambuur-Heerenveen zag hij zijn kans schoon. Zonder zich af te vragen wie er schuld hadden aan deze schermutselingen rekende hij af met al dat gepeupel. Hoe? Stadionverbod voor alle bezoekende clubs. Hoppa. Als dit hem niet populair maakte bij zijn mensen, wist hij het ook niet meer.

Het kan alleen een politicus van het kaliber Buma overkomen dat je zo in je eigen wereld leeft dat je niet door hebt dat je a. Een volstrekt onredelijk besluit neemt, b. Daar niemand blij mee maakt en c. Niets oplost. Je pakt immers de kern van het probleem niet aan, zorgt voor competitievervalsing omdat het nu eenmaal bewezen is dat steun van publiek een significant verschil in resultaten geeft en je straft mensen en clubs die part noch deel aan de ellende hadden. Dat is niet krom, dat is krommer dan krom. Oneerlijk. Niet zuiver. Zoiets kan alleen een politicus verzinnen die nooit een tegengeluid hoort, omdat ie gewoon nooit luistert en louter zendt.

Enfin, dit moest er even uit, want dat Go Ahead in Leeuwarden verloor had voor negenennegentig procent te maken met de comedy capers die onze helden zelf opvoerden. Dat was fiks ergerlijk. Na de uitstekende 2-0 tegen Twente lonkte een heel snel veilig spelen voor onze roodgele mannen, maar met nog tien duels te gaan wordt het alsnog zinderend, omdat twee keer kunstgras en twee keer het missen van enkele key players ons een mager puntje opleverde. We voetballen in 2023 best aardig en tikken het balletje in een prima positiespel rond, maar als het einde van een seizoen nadert gaat het ook om daadkracht en verbetenheid. Geen blunders, geen concentratieverlies, dodelijk voor het doel zijn en achterin een over mijn lijk-mentaliteit. Ik lijk wel een trainer, maar zo werkt het nu eenmaal. Bij de ploegen onder ons zie je het ontstaan, ze moeten wel, het is wellicht handig wanneer Go Ahead er vrijdag tegen RKC ook mee begint: punten pakken boven alles, dit is ons huis, met onze twaalfde man en nee, we winnen zelden of nooit van Kramer, Seuntjens, Oosting en co, maar nu toevallig wel. Die houding.

De politiek zal altijd de politiek zijn, de arbitrage altijd de arbitrage, maar er is maar één partij die er voor kan zorgen dat Go Ahead zich veilig gaat spelen en dat is Go Ahead zelf. Hoe? Eén team, één missie. Niet dagdromen over linkerrijtje, niet zitten filosoferen over wie waar volgend seizoen speelt en wie er dan weer moeten komen, niet naar anderen kijken, maar de confrontatie met het nu en jezelf aangaan. Spiegel erbij pakken. We zijn toch best goed? We spelen toch heel aardig? Nou dan. Flink wat pit erin en gaan. De medische en technische staf moeten de boel fit en fris afleveren, de spelers moeten elkaar in de ogen kijken en het samen blijven doen. Er is niets moeilijker dan het verzilveren van iets wat zorgvuldig is opgebouwd, er is ook niets mooier. Het verlangen naar het feest moet heilig zijn, de lange neus naar Buma moet alsnog worden getrokken, als bonus, nooit als motivatie. Maar een beetje Kramer, een beetje Seuntjens, dat mag er vrijdag wel insluipen bij Kowet. Als we steeds zingen dat we niet te kraken zijn, moeten we dat vrijdag maar weer eens laten zien. En als ik zeg wij, bedoel ik ook wij. Alles en iedereen van rood-geel, trots en blij als we straks een derde seizoen eredivisie veilig stellen, terwijl Bumaatje verbiedt dat de bandieten van TOP Oss en Helmond Sport op bezoek komen.

Vorig artikelHulle passt ‘m door – met Mitchell Pinkster van D.V.V. DAVO
Volgend artikelTrainerspraat: met Berthil ter Avest van Voorwaarts Twello
Robert Heukels
Robert Heukels (1969) werd geboren in het St. Jozef ziekenhuis, bijna op de middenstip van de Adelaarshorst. Zijn oma breide jarenlang sjaals in de kleuren van juweel. Vanaf 1992 zette hij zich in voor de club, met als hoogtepunt de functie van teammanager onder Foeke Booy en Dennis Demmers. Voormalig hoofdredacteur en momenteel schrijft Robert boeken over voetbal zoals, de in mei uitgekomen, biografie van Louis van Gaal.