Wekelijks delen bekenden met roodgele roots, hun visie op Go Ahead Eagles en meer. Voor dit seizoen zijn dit Erdal Ascipinar, Robert Heukels, Edwin Lugt en Martijn Jongbloed. En dat onze columnisten jullie én ons een warm hart toedragen, is bij deze weer duidelijk: vanaf zijn vakantieadres verwarmt Robert ons weer met zijn schrijfkunsten.
In het hoofd van Paul Simonis zal het al weken stormen. Natuurlijk zei hij ja toen zijn jeugdliefde hem vroeg. Grote kans. Het werd tijd. Op eigen benen. Hoofdtrainer. Het is voor weinigen weggelegd, het is weinigen gegeven. Nee is geen optie, zelfs als een nee het meest logisch is.
De dag nadat hij tekende was het Open Dag, duizenden dribbelden dronken van het geluk en het verdriet rondom het magische stadion. Ze omhelsden hem. Vooral de mensen die al met hem hadden gewerkt. De verloren zoon. Een lange, vriendelijke, intelligente jongen met een ietwat dromerige blik die soms ineens scherp kon intunen op wat hij waarnam. Het sentiment zal hem snel duidelijk zijn geworden. Go Ahead Eagles was een club die moest bijkomen van twee ongekende uitbarstingen. De vreugde in Utrecht, de rouw om Kees Vierhouten.
De veranderingen gingen razendsnel. De aanvoerder die zo goed de kleedkamer kon bespelen: weg. Baas Hake: weg. De twee absolute uitblinkers die een groot deel van de goals en de assists voor hun rekening namen: weg. De geweldig gegroeide keeper, misschien wel de beste van de laatste maanden: weg. Als de jonge trainer om zich heen keek wist hij wat hem te wachten stond. Hij zag een hoop stille, jonge, hongerige gasten met grote ogen. Hij voelde feilloos wat in de lucht hing. Een te hoog verwachtingspatroon en de tijd die door zijn vingers zou glippen om later zijn vriend te worden. Hij zou zich schrap moeten zetten, hij zou deze kans –als hij enkel aan zichzelf dacht- eigenlijk moeten laten gaan, maar de liefde brandde in zijn hart. Hij voelde de droom, hij ging van een nieuw te vormen elftal een machine maken. De machine van Simonis.
De trainer rechtte zijn rug. Hij ging de berg beklimmen. Taak 1: het bevoorraden van zijn jongens. De spelers zijn niet alleen jong, ze hadden van de vorige trainer ook nog maar weinig kansen en vertrouwen genoten. In hun benen huist nog niet de ervaring, zitten nog niet de kilometers, nog niet de loutering. Samen bleken ze nog zoekende. Er waren nog geen automatismen, nauwelijks vloeiende lijnen, de gezamenlijke omschakeling van balbezit naar balverlies, toch lang het wapen van de Adelaars, moest opnieuw uitgevonden worden. Tijd om erover na te denken en de zaken er ernstig in te slijpen was er nauwelijks. Het avontuur Bergen was onvergetelijk, het vrat ook bakken met energie en zette alles meteen op scherp.
Een jonge trainer kent zelden een bliksemstart. Het is een ervaringsvak en ja, hij had vier jaar naast Koning Kees gezeten, maar alles kwam nu op zijn bord. Paul Simonis was niet langer trainer, hij was nu manager. De man die de laatste zetten op het schaakbord mocht zetten. Soms vielen de stukken pardoes van zijn bord. Dan opende hij ijzersterk en ging plots alles wankelen.
De eerste weken zaaiden onrust en twijfel, want geen goals, geen winst, maar langzaam leert Simonis de klasse van zijn staf, een zeldzaam fijn stel mensen die hem steunen zal. Bosvelt en Van Dop vormen geen directie die snel in de stress zal schieten. De spelers zullen weer koppeltjes gaan vormen, zullen gaan groeien, zullen gaan begrijpen wat hij wil en wat hij denkt. Hij zal harde beslissingen moeten nemen, staan voor wie hij is en zal op zijn eigen menselijke manier de boel bij de hand moeten nemen. Onder het spel moet zijn unieke handtekening, maar hij zal nog wel even merken dat er beren op de weg zijn, er potten azijn omgekieperd gaan worden en de zagen aan de stoelpoten rommelen.
De tijd tikt, de tijd snelt en wellicht wordt het op een weinig zonnige wijze herfst. Maar als de wind komt, de regen daalt en de lichtmasten aangaan, zal het langzaam weer gaan spoken. En dan keert het tij. Het is nu: samensmelten. Hard werken. Tot in den treure je verhaal vertellen. En dan is het een kwestie van geduld. Geloof. Volharding. Het komt goed.